Digital Twins van de fysieke leefomgeving
De ontwikkeling van geo-informatiesystemen gaat snel. Een steeds vaker gehoorde term is ‘ Digital Twin’ van de fysieke leefomgeving. Het is een digitale vertaling van de werkelijkheid, een soort virtuele tweeling. Er zijn verschillende soorten toepassingen met een aantal stadia van volwassenheid en complexiteit.
In de ruimtelijke ontwikkeling worden keuzes vaak onderbouwd op basis van informatie uit digitale systemen. De effecten op mens en milieu moeten daarbij goed worden meegewogen. Een Digital Twin kan worden ingezet als instrument in gebiedsontwikkeling of bij het daadwerkelijk bijsturen in de fysieke leefomgeving. Een computersysteem dat databestanden koppelt om het model zo realistisch mogelijk te maken, vaak met een 3D-visualisatie. Wanneer realtime data worden gebruikt dan verandert het model mee met de werkelijkheid. Door invoer-gegevens of de rekenregels aan te passen, kun je de effecten van ontwikkelingen simuleren en voorspellen.
Verschillende doeleinden
Omdat niet iedereen bij een Digital Twin eenzelfde beeld heeft of aan hetzelfde denkt is het van belang om te omschrijven welke varianten er zijn. Voor de één draait een digital twin namelijk om een 3D ontwerp van een gebouw of woning in een bouwproject, terwijl voor de ander de digital twin draait om de real-time informatie uit de sensoren in de verkeerssystemen van de stad. En weer een ander wil een simulatie van de effecten van een nieuwe weg op de omgeving. Digital twins kunnen dus voor veel verschillende doeleinden gebruikt worden en kennen verschillende stadia van volwassenheid (‘Maturity level’). Overigens kan een minder ‘volwassen’ systeem juist zeer geschikt zijn voor het doeleinde waarvoor het wordt ontwikkeld, onder het motto: hou het eenvoudig.
Welke stadia van volwassenheid zijn er?
In een aantal stappen kan de functionaliteit (en complexiteit) van de Digital Twin worden uitgebreid. De basis is een digitaal model met informatie gekoppeld aan een geografische locatie. Deze informatie is visueel gemaakt op een kaart, eventueel met een 3D weergave. De meest ontwikkelde Digital Twin doet door middel van kunstmatige intelligentie (AI) voorspellingen en stuurt automatisch in de fysieke omgeving. Bijvoorbeeld door de bewegwijzering aan te passen als er verkeersopstoppingen dreigen te ontstaan.
Afwegingen
Bij het opzetten van een Digital Twin is het balangrijk om goed de doelstellingen van het systeem te benoemen en het programma van eisen uit te denken. Het systeem moet aansluiten bij de beoogde doelgroep en de functies die het zal gaan vervullen. Zorg daarbij dat het antwoord op de volgende vragen zo helder mogelijk is:
Wie is de doelgroep?
In welke setting willen we het gaan gebruiken?
Is de organisatie ingericht voor het beheersvraagstuk?
Willen we een kant-en-klaar systeem uit de markt of gaan we zelf bouwen op basis van open-source software?
Waar zitten de kansen en beperkingen op het gebied van data?
Een betrokken inwoner heeft een andere informatievraag dan een geo-specialist die het voor zijn werk gebruikt. De doelgroep benoemen helpt vooral bij het bepalen van het type dashboard (de informatielaag). De setting geeft aan of het systeem bijvoorbeeld enkel ondersteunend is bij planvorming, als simulatiemodel, of ook als communicatiemiddel. Daarbij is het eenmalig opzetten van een systeem vaak goed mogelijk in een projectmatige organisatie, het vervolgens gestructureerd actualiseren van data vergt een ander type expertise. Deze vragen moeten zoveel mogelijk vooraf uitgedacht worden, maar soms kan dit ook gedurende het proces pas concreter worden. Een goede informatiemanager met kennis van informatiesystemen en datamanagement kan je daarbij ondersteunen.
Properview helpt bij deze vraagstukken en heeft ervaring in het projectmatig met haalbare stappen opzetten van Digital Twins.
Recent hebben we SADC geholpen bij hun digitale platform en een rekenmodule die simulaties kan doen met geografische data.